DE ADVOCAAT (IV)
De advocaat als held van de rechtsstaat
Over de advocaat als held van de rechtsstaat kunnen we kort zijn. Tot op belangrijke hoogte kunnen we de advocaat aanmerken als de ultieme beschermer van de rechtsstaat. In de rechtsstaat neemt ‘de’ overheid een bijzondere plaats in: de overheid (de diverse wet- en regelgevende organen, al dan niet in de vorm van zelfstandige bestuursorganen) maakt niet alleen de regels waaraan wij ons moeten houden, maar beschikt ook over uiteenlopende machtsmiddelen om de naleving daarvan af te dwingen.
In het krachtenspel van opsporing en vervolging staat het individu, de verdachte, tegenover een groep professionals aan wie een verstrekkend wettelijk instrumentarium ter beschikking staat.
Het gebruik van die machtsmiddelen is zelf ook aan regels gebonden. Eén van de taken van de advocaat, althans voor zover die niet voor de overheid optreedt, is het bijstaan van justitiabelen die met die machtsmiddelen worden geconfronteerd. Een individu dat wordt geconfronteerd met de macht en de middelen waarover de overheid beschikt, heeft de steun en bijstand van een advocaat meestal hard nodig. Het is dan ook met name op dit terrein dat de nobiliteit van het beroep, het nobile officium, zich bij uitstek toont.
Uiteraard speelt de rechter daarbij een wezenlijke rol, maar het zijn de advocaten die zich tot het uiterste inspannen, en behoren in te spannen, om er op toe te zien dat de door de overheid zelf uitgevaardigde regels, door diezelfde overheid – in de vorm van politie en Openbaar Ministerie – correct en stipt worden nageleefd.
Karel Frielink
(3 juli 2013)
.